Zandvrij

We hebben twee belangrijke overeenkomsten met struisvogels: we kunnen niet vliegen en steken regelmatig ons hoofd in het zand. Belegginsvoorbeeldje: driekwart van de respondenten in een onderzoek van vermogensbeheerder Fidelity schatte het benodigde bedrag voor hun pensioen te laag in. Een kwart dacht zelfs dat twee tot drie jaarsalarissen aan spaargeld zou volstaan om nog decennia op de oude voet voort te leven.
 
De Spartaanse struisvogel kan het hebben: die schraapt drie keer zijn klauw door het gras en noemt het een nest. Voor de homo sapiens zal een vrije inkomensval na pensionering echter hard aankomen.
 
Twee van de knoppen waar je aan kunt draaien om dit te voorkomen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden: de spaarknop en de levensstijlknop. Om meer te sparen moet je tenslotte je levensstijl aanpassen (of meer verdienen). En zoals we vorige maand al schreven, als je nu bescheidener leert te leven gaat je spaarpot later ook langer mee.
 
Neem Eva en Casper, werkende veertigers met twee kinderen. Ze geven jaarlijks een ton uit, hebben nog geen cent gespaard voor hun pensioen maar willen op hun 65ste stoppen met werken. Ze schatten in dat ze tijdens hun pensioen nauwelijks rendement zullen maken op hun vermogen (na aftrek van belasting, inflatie en kosten van beleggen). Die simpele aanname leidt tot de conclusie dat ze ruwweg drie miljoen nodig zullen hebben om het 30 jaar uit te zingen.
 
Gelukkig bouwen ze bij hun werkgever pensioen op en als de AOW ook nog blijft bestaan, hoeven ze zelf maar 1,8 miljoen bijeen te sprokkelen. Dat blijft een zware dobber. Uitgaande van een netto reëel beleggingsrendement van 3% in de opbouwfase, zullen ze tot hun 65ste bijna 50 duizend euro per jaar moeten sparen. Hun uitgaven moeten dus halveren!
 
In plaats van nu zo hard te bloeden voor later, kunnen Eva en Casper ook het jaarlijkse spaarbedrag halveren. Ze moeten dan nog steeds een kwart minder uitgeven, maar ontwikkelen daarmee wel een duurzame levensstijl voor de lange termijn.

Met hun zandvrije hoofd in de zon.
 
Marius en Jolmer

Kan pensioen met pensioen?

Slingers in de kantine. Gouden horloge. Roerende woorden van de baas. Het beeld van een werkend leven dat ceremonieel gescheiden is van ons pensioen ligt diep verankerd in ons denken.

De vraag is of dit pensioencliché nog wel strookt met onze realiteit. De meeste mensen willen niet 40 jaar doorploeteren en daarna alleen maar zeilen en op de kleinkinderen passen. We willen werk dat ertoe doet en bij ons past. En als we dat vinden, willen we daar misschien wel tot ver na ons 67ste mee doorgaan.

Misschien is het dus tijd om de verkalkte term pensioen te pensioneren. Waar het voor veel mensen om draait, is financiële vrijheid. De vrijheid om werk te kiezen waar je fluitend naar toegaat, maar dat misschien minder oplevert. De vrijheid om vanaf het begin van je carrière compromisloze keuzes te maken. Om part-time te werken, een sabbatical te nemen, eerder te stoppen of juist langer door te gaan.

Wie droomt er niet van om deze keuzes te kunnen maken? Wat ons echter weerhoudt is de vraag: kan ik me dat wel veroorloven? Creatie van financiële vrijheid vergt planning met een vooruitziende blik op een onzekere toekomst.

Maar niet alleen die onzekerheid speelt ons parten. We staren ons vaak zo blind op de status quo dat we zelf niet geloven dat grote veranderingen mogelijk zijn. En dus laten we ook na te onderzoeken welke financiële stappen je zou kunnen zetten om die keuzevrijheid te bereiken.

Wat de juiste stappen zijn, verschilt per individu. Maar voor iedereen geldt: hoe bescheidener je leeft, ook als je inkomsten stijgen, hoe dichter je financiële vrijheid in de buurt komt. Het mes snijdt namelijk aan twee kanten. En je houdt meer geld over om te sparen voor je vrijheidsbuffer en dat opgebouwde vermogen zingt het, dankzij de lagere uitgaven, jaren langer uit.

Lang leve de vrijheid.
 
Marius en Jolmer

Alledaagse records

Drie grote krachten beheersen de wereld” zei Einstein ooit "domheid, angst en hebzucht." Een betere typering van de huidige tijd is moeilijk te vinden. Terwijl in de politiek de angst regeert, wordt ondertussen het ene na het andere beursrecord gebroken. Records leiden tot hebzucht, die twijfelende spaarders het laatste zetje geeft om na al die gemiste kansen, alsnog in aandelen te stappen.

Aan de andere kant leiden die records ook weer tot angst. Angst die beleggers influistert dat het hoog tijd is om het beursschip te verlaten. Als je zover bent gestegen, kun je tenslotte toch alleen nog maar zinken?

Angst en hebzucht zijn notoir lastig uit je hoofd te verbannen. Maar hoe zit het met domheid, Einsteins derde kracht? Kunnen we daar niet wat tegenwicht bieden? Laten we beginnen met het feit dat beursrecords niks bijzonders zijn. Neem de S&P 500. Als je alle maandresultaten tussen 1926 en 2016 van deze index op een rij zet, blijkt dat in bijna eenderde van die maanden een nieuw record is bereikt. 

En leidde zo’n record vervolgens meestal tot een daling? Integendeel: in 80% van de gevallen stond de S&P 500 een jaar later nog hoger. Ook dat is niks bijzonders trouwens: na elke willekeurige maand in de afgelopen 90 jaar, was de kans dat de S&P 500 een jaar later hoger stond vrijwel identiek: 75%.

Beursrecords zeggen dus niet zoveel. Ondernemingen maken winst en die winst komt toe aan haar eigenaren. Aan de aandeelhouders dus. Dit ijzeren principe maakt de kans op een positief rendement op aandelen zo aanzienlijk. Tenminste, over de lange termijn en als je goed gespreid belegt. Zo versloeg de S&P 500, bekeken over periodes van 15 jaar, in 96% van de gevallen het rendement op Amerikaanse staatsobligaties.

Angst en hebzucht zijn dus slechte raadgevers, maar je kunt ze met kennis en nieuwsgierigheid pareren. Dat geldt niet alleen voor beleggen trouwens.

Deze column werd in februari in 'Effect' gepubliceerd. Effect is het tijdschrift van de VEB (Vereniging van Effectenbezitters), waarin wij maandelijks een column schrijven.

Koffiedik

‘Proberen de toekomst te voorspellen is als ’s nachts, met je lampen uit over een landweggetje proberen te rijden, terwijl je door je achterruit kijkt’, zei managementgoeroe Peter Drucker ooit. Wie terugkijkt op 2016 kan hem alleen maar gelijk geven.
 
Niet alleen uitslagen van referenda en verkiezingen weigerden zich bij de vooraf breed gedeelde inschattingen neer te leggen. Ook de beurzen trokken zich weinig aan van het leger professionele koffiedikkijkers dat ze op de voet volgt.
 
Zo waren de experts eind 2015 somber over de vooruitzichten van de energie- en financiële sector. En niemand repte toen over de gouden kansen op de beurzen van Brazilië en Rusland. Toch werden dat de winnaars van 2016. Ook het Damrak had een verrassing in petto. Uitgerekend het noodlijdende ArcelorMittal stak iedereen naar de kroon met een rendement van maar liefst 132%. En wie had na de historisch slechte start nog voorzien dat 2016 de boeken in zou gaan als een prima beleggingsjaar?
 
Ondanks al die missers zijn we ook dit jaar weer met lijstjes overspoeld: van de meest belovende aandelen en sectoren tot de ontwikkeling van de goudprijs en rentestand. Waarom blijven experts hun hoofd op het hakblok leggen? Omdat beleggers ervan smullen. De lijstjes vervullen een oerbehoefte om grip te krijgen op een onzekere wereld en ze laten ons dromen over bergen met geld.
 
Zolang we het bij dromen laten en de voorspellingen verder vooral zien als vermaak, is daar weinig mis mee. Heerlijk om later te kijken hoe de goeroes de plank hebben misgeslagen. Maar gebruik de lijstjes niet als beleggingsgids: gedetailleerde voorspellingen leiden tot zeer beperkte spreiding van je portefeuille, wat het risico vergroot dat je vermogen verdampt.
 
Diep in ons hart kennen we het enige juiste antwoord op de vraag wat de beurs ons in 2017 gaat brengen: geen flauw idee! Dus laat je niet gek maken door alle buitenkansjes die de beleggingsexperts ook dit jaar weer voor je neus zullen hangen: het zijn louter illusies. Beleg geduldig en gedisciplineerd en investeer de tijd die je zo vrijmaakt om van 2017 een fantastisch jaar te maken.

We wensen je veel financiële rust in het nieuwe jaar,
 
Marius en Jolmer

De kunst van kleine stappen

“Niemand wil advies, alleen bevestiging”, schreef John Steinbeck ooit. Ignaz Semmelweis ondervond dat aan den lijve toen hij halverwege de negentiende eeuw aantoonde dat handen wassen het aantal sterfgevallen op de operatietafel drastisch vermindert.

Semmelweis was verantwoordelijk voor twee kraamafdelingen in Wenen: één voor artsen in opleiding, de andere voor vroedvrouwen. Het aantal sterfgevallen verschilde opmerkelijk. Bij de jonge artsen stierf tien procent van de moeders aan kraamkoorts. Bij de vroedvrouwen vier procent.

Semmelweis ontdekte de oorzaak: de anatomie colleges die artsen in opleiding volgden. Hun ongewassen handen brachten regelmatig bacteriën mee vanuit de snijzaal naar de geboortekliniek. Nadat Semmelweis handen wassen verplicht had gesteld, zakte het sterftecijfer in beide klinieken tot onder de één procent. 

Ondanks die klinkende resultaten hoonden Semmelweis’ collega’s zijn bevindingen weg. Inmiddels is het belang van handen wassen wetenschappelijk breed erkend. Maar uit onderzoek van promovenda Anita Huis blijkt dat nog steeds zon’ 80% van de protocollen voor handhygiëne in Nederlandse ziekenhuizen niet goed worden nageleefd.

Waarom deze kloof tussen intentie en implementatie? In een column uit 2013 opperde Ben Tiggelaar een aantal verklaringen. Het is druk. We worden afgeleid. Andere mensen doen het ook niet. Het duurt nog zo lang voordat we de gevolgen van onze acties zien.

Artsen zijn zeker niet uniek in hun weerstand. Ook het recept voor een solide financiële toekomst is wetenschappelijk goed doortimmerd: schrijf je doelstellingen op, beleg in een breed gespreide portefeuille die daar bij past, stort regelmatig bij en morrel er verder zo weinig mogelijk aan. Maar ook hier staan vaak praktische zaken en afleidingen een slagvaardige implementatie in de weg.

Neem daarom deze kerst eens (samen) de tijd om uit te vinden wat echt belangrijk voor je is in het leven. Wat wil je met je vermogen bereiken? Bespreek dit direct na de vakantie met je financiële vertrouwenspersoon en vertaal het in een concreet plan. Semmelweis heeft bewezen dat de crux soms in kleine stappen zit. Maar je moet ze wel nemen.

We wensen je veel financiële rust in het nieuwe jaar,

Marius en Jolmer

Deze column werd in december in 'Effect' gepubliceerd. Effect is het tijdschrift van de VEB (Vereniging van Effectenbezitters), waarin wij maandelijks een column schrijven.

Bij de beesten beter af

Mensen kunnen als geen ander complexe patronen ontdekken. We hebben geleerd wanneer we moeten zaaien en oogsten. Hoe we ziekten moeten verslaan. Dat energie gelijk staat aan massa maal lichtsnelheid tot de macht twee.
 
Het probleem is dat we ook naar patronen blijven zoeken als ze niet bestaan. Jason Zweig geeft daar een mooi voorbeeld van in zijn boek Your Money & Your Brain. Hij beschrijft een studie waarin een rood en een groen licht in een willekeurig patroon knipperen. Het groene licht brandt wel vaker, met een factor vier.
 
Dus wie opdracht krijgt om te voorspellen welk lampje gaat branden, kan het beste consistent groen kiezen. Dan heb je uiteindelijk 80% van de tijd gelijk. Zowel mensen als duiven en ratten kregen in de studie deze vraag voorgelegd. De duiven en ratten, lekker gemaakt met een hapje eten voor elke goede keuze, zetten massaal in op groen en hapten dus acht op de tien keer raak.
 
En de score van mensen in het experiment? 68%, vanwege hun onweerstaanbare neiging om zo nu en dan toch rood te kiezen. Bijvoorbeeld wanneer het groene lampje wel ‘erg vaak’ was aangegaan. Maar bij een onvoorspelbaar patroon geeft het rode lampje altijd een kleinere kans, ongeacht het verleden. Het is de keuze met het lagere verwachte rendement.
 
Beleggen werkt hetzelfde: aandelen hebben een hoger verwacht rendement dan spaargeld of obligaties. Beurzen staan alleen niet altijd op groen, want af en toe is er een fikse rode dag. Het is al decennia bekend dat het exacte moment van zo’n beursinzinking niet is te voorspellen, maar omdat we patronen zien die er niet zijn, blijven we het toch stug proberen.
 
En elke keer als we uit aandelen stappen - bijvoorbeeld als er een spannende verkiezing in de VS aankomt - kiezen we, net als bij het rode lampje, voor een lager verwacht rendement en daalt onze kans op een goed resultaat. Voor advies over market timing ben je bij de beesten dus beter af.

We wensen je veel financiële rust.
 
Marius en Jolmer

Deze column werd in november in 'Effect' gepubliceerd. Effect is het tijdschrift van de VEB (Vereniging van Effectenbezitters), waarin wij maandelijks een column schrijven.

Eerste hulp bij rente-angst

Je rijdt in je degelijke diesel tegen een berg op. Hij brengt je al jaren gestaag naar de gewenste bestemming, maar vandaag kruipt hij met een verontrustende slakkengang omhoog. Als er dan ook nog eens een glimmende cabrio voorbij stuift, is de conclusie onvermijdelijk. De diesel moet ingeruild worden voor een sneller model.
 
Veel beleggers herkennen dat gevoel. Omdat centrale banken over de hele wereld Sinterklaas spelen, hangen rentes structureel rond het vriespunt. Vertrouwde spaarrekeningen en obligaties brengen niks meer op. Je wordt dus gedwongen om een hoger rendement te zoeken.
 
Dat is tenminste de boodschap van veel financiële experts, die in dezelfde adem hoogrenderende beleggingsproducten aanprijzen. 'Hier een mooie MKB lening en een vastgoed fonds'. Of: 'kijk eens naar deze puike obligaties uit ontwikkelingslanden: daar wordt tenminste nog fatsoenlijk rente op betaald.'
 
Het is verleidelijk om te denken dat de lage rente drastische stappen vergt om je doelen te halen. Maar vergeet nooit de ijzeren beleggingswet: geen hoger rendement zonder hoger risico. 
 
Er kunnen best goede redenen zijn om je allocatie bij te stellen, maar paniek over de lage rente hoort daar niet bij. Want wie is er bereid om in dit klimaat wél hoge rentes te betalen? M.a.w. waarin beleg je eigenlijk als in die nieuwe producten investeert? Veilige, goed draaiende bedrijven? Solide overheden uit stabiele landen? Wallstreet analist Ray DeVoe omschreef de gevolgen van de blinde focus op rendement als volgt: More money has been lost reaching for yield than at the point of a gun. En ja, ook als je obligaties met lage rentes inruilt voor aandelen met een hoog dividend, gaat je risico omhoog.
 
Wat moet je dan wel doen? Als de rente laag blijft, moet je in de toekomst misschien wel meer sparen. Lees: meer verdienen en/of minder uitgeven. Niet ideaal, maar beter dan een portefeuille die door onoverzichtelijke risico’s implodeert.

Je risicoprofiel blijft onveranderd afhankelijk van je doelstellingen en je temperament. Niet van de rentestand! Voorlopig kun je misschien het beste met een muziekje aan in je vertrouwde diesel blijven zitten. Aan de andere kant van de berg loopt het tempo heus weer op. Zwaai ondertussen nog even naar de cabrio die rokend langs de kant staat.

We wensen je veel financiële rust.
 
Marius en Jolmer

Deze column werd in oktober in 'Effect' gepubliceerd. Effect is het tijdschrift van de VEB (Vereniging van Effectenbezitters), waarin wij maandelijks een column schrijven.

De 'beleggers high'

Dat gevoel van spanning en onoverwinnelijkheid. De euforie die je mondhoeken omhoog trekt. Als je beleggers die een slag denken te slaan onder een MRI-scan zou leggen, licht hetzelfde gebied in hun brein op als bij mensen die net een flinke snuif cocaïne hebben genomen. 

Het blijft niet bij die overeenkomst, beschrijft Jason Zweig in zijn vermakelijke boek “Your Money and Your Brain”. Zoals de high van de regelmatige drugsgebruiker steeds sneller is uitgewerkt, verliest de mogelijke beursklapper steeds sneller zijn gloed. Dus lopen tussenpozen terug en nemen risico’s op een foute afloop navenant toe.

Waarom trappen zoveel beleggers in deze val? En hoe is het te rijmen met onze diepe afkeer van financiële tegenvallers, waar we eerder over schreven? Onze zucht naar positieve impulsen is een oerdrift, aldus Jason Zweig, of het nu gaat om sex, drugs of de loterij. En hoe goed een solide beleggingsplan voor de lange termijn ook mag zijn voor onze financiële gezondheid, onze drang naar avontuur wordt er niet door bevredigd. 

Dus blijven we gokken op de beurs en laten we ons meeslepen in de dromen over snelle winsten van veelbelovende ondernemers. “Nog één keer”, zeggen we tegen onszelf. Iedere keer weer. Gokken verpakt als beleggen of investeren.

Ons brein is een vat vol tegenstrijdigheden. Bij een financiële zeperd vallen we namelijk in een gat dat veel dieper is dan de euforie die we hadden gevoeld als onze gok succesvol was afgelopen. Waarom blijven we toch risico’s nemen die we eigenlijk niet kunnen verdragen? Omdat deze tegenstrijdige emoties in gescheiden werelden leven.

Het is dus de kunst om de intensiteit van beide emoties te relativeren voordat je een financiële beslissing maakt. Dan realiseer je je dat alleen een op feiten en discipline gebaseerde methode effectief is om je doelstellingen te realiseren. Saaiheid is een zegen bij beleggen: het brengt je echte dromen dichterbij.

We wensen je veel financiële rust,
 
Marius en Jolmer


Deze column werd in september in 'Effect' gepubliceerd. Effect is het tijdschrift van de VEB (Vereniging van Effectenbezitters), waarin wij maandelijks een column schrijven.